Sunday, February 12, 2012

Schaatspret

Jarenlang schudde Elian heftig zijn hoofd als wij vroegen of hij wilde schaatsen. We kregen hem het ijs niet op. Toch was Sint afgelopen jaar optimistisch en gaf hem schaatsen. Dat bleek niet onterecht, want afgelopen maandag stond Elian voor het eerst op zijn schaatsen, op een grote vijver een eindje verderop.
Elians begeleider, Sandra, heeft hem eenmaal op rolschaatsen gezet. Die keer zag Elian vooral de stoep vaak van dichtbij, maar hij had wel pret.
Zo gaat het ook als hij de eerste keer op schaatsen staat. Zijn balans is ver te zoeken en hij knalt regelmatig met zijn billen op het ijs. Hij is echter een bikkel en staat steeds monter weer op. Het is meer lopen dan schaatsen wat hij doet. Ondertussen geef ik hem aanwijzingen over hoe hij het moet doen.
Na een uur heeft hij het wel gezien. Hij kan zichzelf dan redelijk staande houden en komt een beetje vooruit.

Op woensdag zal hij op dezelfde vijver schaatsen met Sandra. Hij heeft een margedag, dus ‘s ochtends kunnen ze al heen gaan. Wanneer Elian zijn schaatsen aan heeft en Sandra net haar tweede aandoet, moet Elian echter naar de wc. Heel nodig. Sandra zegt dat hij alvast naar huis mag gaan als hij zijn laarzen aandoet en geeft hem de huissleutel. Elian doet zijn schaatsen niet uit, maar spurt ervandoor, als een ervaren kluner. Te laat, hij plast in zijn broek. Verkleumd komt hij thuis, waar hij snel onder de douche wordt gezet.
’s Middags wil hij echter best weer het ijs op. Deze keer gaan we naar de kleine vijver achter ons huis. Hij wil Rowan op de slee trekken, maar die speelt met onze buurjongen. Daardoor raakt Elian boos. Ik stel voor dat ik Elian trek, zodat Rowan kan zien hoe leuk dat is. Elian laat zich overhalen, maar wordt na een stukje op de slee weer boos. Rowan kijkt niet eens!
Terug aan de kant heeft hij koude handen. Sandra gaat nieuwe handschoenen voor hem halen. Als zij daarmee aan komt, is hij weer boos. Hij wil geen nieuwe handschoenen bij het ijs aan, die wil hij thuis aan doen! En hij wou ook helemaal niet op schaatsen! Dit laatste spreekt Sandra tegen, want hij was nog erg enthousiast toen hij zijn schaatsen aankreeg.
Ondertussen heeft Elian alleen nog maar aan de kant staan mopperen. Dan wil hij wel nieuwe handschoenen en gilt tegen Sandra dat ze die aan hem moet geven. Zij zegt rustig tegen hem dat hij niet zo tegen haar moet schreeuwen en dat hij ze krijgt als hij het op een normale toon vraagt. Het gevolg is dat Elian hysterisch blijft roepen: ‘Geef! Geef ze aan mij!’ Sandra herhaalt nog een paar keer dat hij netjes moet praten en dat zij niet wenst dat er zo tegen haar geschreeuwd wordt. Daarna negeert ze Elian.
Elian loopt naar Rowan en schopt met zijn schaats tegen Rowans laars. Rowan is helaas wel vaker degene die het te verduren krijgt, als hij in de buurt staat en er iets gebeurt dat Elian niet aanstaat. Rowan huilt en zo eindigt de ijspret voor die dag. Elian moet voor straf even op zijn kamer.

Op zondag wil Elian wel weer schaatsen. Met het hele gezin gaan we naar de grote vijver. Deze keer heeft Elian er echt zin in. Hij valt bijna niet en schaatst steeds beter. Na een paar rondjes wil hij naar huis, maar hij zegt er meteen bij dat hij later weer heen wil.
Thuis nemen we lekkere warme chocolademelk en chocoladekoekjes. Na een halfuurtje gaan we met warme handen en frisse moed weer naar de vijver toe.
Om de beurt gaan Martin en ik een rondje met Elian mee. Deze keer heb ik mijn blaren goed afgeplakt en mijn schaatsen onder gebonden. Elian schaatst steeds beter. Hij valt niet meer. Dat leeftijdgenoten en jongere kinderen hem voorbij zoeven deert hem niet. Hij geniet en vraagt de hele tijd bevestiging: ‘Wat schaats ik al goed, hè?’ Wij beamen dat hij heel goed schaatst, zeker voor iemand die pas voor de tweede keer echt op de schaatsen staat. En dat is ook zo. Hij wil zelfs graag op de foto, zo trots is hij. Ik ben ook trots op hem.
Het rondje is zo’n 500 meter. Elian heeft bedacht dat hij elf rondjes wil schaatsen. (Goh, hoe zou hij daar bij komen?) Hij houdt het vol. Bij het laatste rondje begint hij wat te puffen en te steunen. ‘Mijn voeten doen wat zeer van al dat schaatsen, maar ik ga het rondje wel afmaken!’ Wat hij inderdaad doet, mijn doorzetter.
En dan zegt hij: ‘Ik ben wel Bijzonder, maar vandaag heb ik er een mooie dag van gemaakt.’

0 comments:

Post a Comment