Elian hebben we verleden jaar de waarheid verteld, omdat wij hoopten dat hij daardoor minder gespannen zou zijn. Ook konden we hem dan vertellen wat hij voor cadeaus kreeg. Of hij er echt minder gespannen door is, vragen we ons ernstig af. De hele Sinterklaasperiode stuitert hij namelijk alle kanten op. Dat betekent dat hij letterlijk alle kanten op vliegt, slechts kort ergens mee speelt, veel rotzooi en lawaai maakt en niet aanspreekbaar is. Zijn zwemlessen zijn deze weken een drama, hij wil totaal niet meewerken.
Elke avond zingt hij Sinterklaasliedjes in bed en gaat pas tussen half tien en tien uur slapen. Op de dagen dat hij zijn schoentje mag zetten, zingt hij ook vaak de zin: ‘Ik kan niet wachten!’ Twee keer roept hij op die dagen middenin de nacht of het al tijd is om op te staan.
Het geheim bewaren blijkt ook erg moeilijk. De allereerste schooldag dat Sint in het land is, verkondigt Elian in het busje onderweg naar school dat de papa’s en mama’s de cadeautjes in de schoenen doen. Tja, we hadden eigenlijk ook alleen maar expliciet verteld dat hij Rowan niets mocht laten merken, we hebben hem niet precies verteld wie het (waarschijnlijk) wel en niet weten …
Maar direct nadat hij onthult dat de ouders de cadeaus verzorgen, vervolgt hij: ‘Als je een brief naar Sint wilt sturen, moet je die naar Nederland sturen, hoor, want hij is niet meer in Spanje.’
Thuis doet hij zijn uiterste best om Rowan niets te laten merken. Zegt hij bijvoorbeeld aan tafel: ‘Ik wil graag iets vragen, maar dat kan niet, want ik wil Rowan niets verklappen.’
Op zulke momenten proberen wij hem met hand- en ooggebaren duidelijk te maken dat hij stil moet zijn, maar daar begrijpt hij niets van, dus zeggen we maar gewoon dat hij daar niet over moet praten. Waarna hij boos reageert: ’Wát! Ik zeg toch niks over Sinterklaas?’
’s Avonds bij het schoentje zetten loopt hij met mij naar de keuken, waar hij denkt dat hij buiten Rowans gehoorsafstand staat, wat niet zo is, en vraagt: ‘Wat krijg ik vannacht in mijn schoentje?’ Om ’s ochtends op ongeveer dezelfde manier te zeggen: ‘Hé mama, je hebt me Takel gegeven!’
Op vergelijkbare manieren verspreekt hij zich vaker.
Op 5 december is het de bedoeling om vanaf drie uur Pakjesdag te vieren, samen met goede vriend Erik en oma Ria. Expres plannen we het ’s middags, omdat we willen dat het gestuiter zo snel mogelijk voorbij is. We besluiten zelfs nog iets eerder te beginnen.
Om half drie gaat de bel. Buiten staan dikke zakken vól met cadeaus, die we naar binnen slepen. Elian en Rowan staan letterlijk te springen en zich te verdringen om een cadeau te pakken. We spreken af dat Rowan het eerste cadeau mag pakken. Daarna mag degene die net een cadeau heeft gehad een volgend cadeau pakken, waarbij het niet voor zichzelf mag zijn. Martin en ik zeggen dat de jongens eerst hun warme chocolademelk moeten opdrinken, voordat we beginnen, anders schiet die er bij in. Binnen no time hebben ze hun bekers leeg.
En binnen no timezijn de zakken ook leeg. Als de jongens een pakje krijgen, halen ze het papier eraf, gooien het cadeau op de grond en duiken meteen in de zak om een nieuw cadeau te pakken. Hoe vaak we ook herhalen dat ze wat aandacht aan de cadeaus moeten schenken en dat alle cadeaus heus wel komen maakt niets uit, ze blijven in een razend tempo doorgaan.
Slechts tweemaal gaan ze even spelen met wat ze net hebben gekregen: een boek met allemaal flapjes, en badeendjes die opgevist kunnen worden, doordat ze magneetjes in hun kopjes hebben. Grappig genoeg zijn dit de goedkoopste cadeaus die ze krijgen.
Eenmaal roept Rowan blij: ‘Hoe wíst Sinterklaas dat ik die graag voor mijn verjaardag wilde hebben?’ Kennelijk is hij aardig Oost-Indisch doof geweest, iedere keer als Elian het geheim eigenlijk verklapte.
Na anderhalf uur zijn alle cadeaus uitgepakt.
‘Mama, waar blijft nu die kinderboerderij die we zouden krijgen?’ fluistert Elian.
Ik wijs naar een doos waar we de kinderboerderij van Playmobil die los ingepakt zat, in zit. ‘Daar!’ Ik had hem de foto laten zien op Marktplaats (Sint moet ook bezuinigen dit jaar), maar daar stond natuurlijk alles netjes, en nu het Playmobil zo door elkaar ligt, herkent Elian het niet.
Martin en Erik beginnen een circus van Playmobil in elkaar te zetten, dat de jongens ook hebben gekregen. Even kijken ze geïnteresseerd toe, maar dan gaan ze naar Marie, die met het wii-dansspel dat zij heeft gekregen aan het spelen is. Regelmatig zitten ze haar dwars door op pijlen van haar dansmat te drukken, op momenten dat ze daar niet op moet drukken.
Pas als de kinderen in bed liggen, keert de rust een beetje terug. Elian is zelfs al vóór negen uur in slaap. Vermoedelijk is hij uitgeput.
Net als wij.
Ik ben mijn hele leven al dol op Sinterklaas, maar nu zeg ik toch donders graag: ‘Dag Sinterklaasje, dahaaaag Zwarte Piet!’




0 comments:
Post a Comment