Het is vijf uur 's middags en de bel gaat. Marie speelt bij een vriendinnetje, Ik verwacht haar pas tegen half zes thuis, maar heb de laatste tijd behoorlijk op haar gemopperd omdat ze vaak laat is, dus waarschijnlijk is ze nu vroeg.
'Doe jij de deur even open?' vraag ik Elian, die met zijn treintjes speelt.
'Oké,' zegt hij.
Vlak daarna speelt hij weer verder. Ik zie Marie niet,maar die zet vast haar fiets in de schuur.
Even later gaat de bel weer.
'Jij had de deur toch opengedaan?' vraag ik Elian.
'Jaha,' antwoordt hij, 'dat heb ik ook gedaan.'
Ik loop naar de voordeur, waar een vriendinnetje van Marie blijkt te staan dat bij ons in de straat woont. Zij wil weten of ze met Marie kan spelen. Ik vertel haar dat Marie er niet is.
Weer terug in de kamer schiet ik in de lach. Elian had precies gedaan wat ik hem opgedragen had. Dat ik daarbij impliciet ook bedoelde dat hij moest kijken wie er voor de deur stond en eventueel vragen moest beantwoorden (hij had best kunnen zeggen dat Marie er niet was), dat begrijpt hij niet.
In het kader van het letterlijk nemen was dit een echte open deur!
Tuesday, September 18, 2012
Subscribe to:
Post Comments (Atom)


0 comments:
Post a Comment